Op de radar: Cabernet Franc

Hij is niet vies van een triootje, maar weet met zijn mysterieuze karakter de tongen in zijn eentje ook wel los te maken. Weliswaar nog altijd bij een beperkt publiek. Zijn pr kan wel een boost gebruiken. En dat verdient-ie! Dus, meer over Cabernet Franc. – TEKST EVELIJN VAN HEUVEN

Meteen maar even een open deur: cabernet franc is een echte, authentieke Fransman. Groots is hij als solist in de Loire-regio. Met een lekker eigen karakter. Fameus is hij als onderdeel van de ongeëvenaarde wijnen uit de Bordeaux. Samen met cabernet sauvignon en merlot vormt hij daar een drietal van wereldformaat. Maar hoezo is hij zo’n francofiel? Kom je hem buiten de Franse landsgrenzen helemaal niet tegen? En wat maakt cabernet franc uniek? Wat moet je nou echt van deze druif weten?

POTLOODSLIJPSEL

Als er één plek op de wereld is waar cabernet franc wél naamsbekendheid heeft, dan is het de Loire. Al eeuwen omarmt het volk de druif. Hij krijgt hier de ruimte om in zijn eentje het podium te
pakken. Wijnen als Chinon, Bourgueil en Saumur-Champigny zijn voor 100 procent van cabernet franc gemaakt. Het zijn indrukwekkende wijnen met een rokerig karakter, vol besfruit en met een verfijnde structuur. Naast Cabernets die mooi kunnen ouderen, en dan doen denken aan een natgeregend herfstbos, zijn er ook juist jong te drinken wijnen. Deze zijn frisser van stijl en
hebben geuren en smaken als frambozen, kersen, bessen, aardbeien en viooltjes. Het meest onderscheidend is wel het verse potloodslijpsel dat je regelmatig terugproeft. De wijnen hebben iets aards, iets groens (paprika) en zijn licht drogend qua mondgevoel. Tannines? Die zijn er, maar meestal in gereserveerde mate.

LEKKER IN DE LOIRE

De grote vraag is nu natuurlijk waarom cabernet franc het zo lekker doet in de koelere Loire. Allereerst is dat vanwege de snelheid waarmee hij rijpt. Dat is namelijk relatief rap. Zo is cabernet
franc een week eerder rijp dan zijn ‘mattie’ uit de Bordeaux, cabernet sauvignon. Een andere factor in de Loire waar de druif goed bij gedijt is de bodem. Cabernet franc is gek op een koelere, zandige, kalkrijke ondergrond. En dat is nou precies wat je hier vindt. Neem bijvoorbeeld Chinon: hier zorgt de zand- en grindbodem bij de uiterwaarden van de rivier voor lichte, subtielere wijnen die vooral geschikt zijn om jong te drinken. Zoek je het iets hogerop, dan vind je op de hellingen klei en kalksteen.

Benieuwd naar het hele artikel? Je leest ‘m in Winelife 72. Deze bestel je hier!

Wil jij geen enkele editie missen? Abonneer je dan nu op Winelife Magazine!

Wil je op de hoogte blijven van de leukste artikelen? Volg Winelife magazine op Instagram, Facebook en meld je aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief.